Notaris Spanje
Wie een huis koopt, verkoopt of erft in Spanje krijgt ermee te maken: de Spaanse notaris. Er zijn 7 zaken die u zeker niet mag vergeten als u naar de notaris in Spanje gaat. We zetten ze hieronder op rij. Voor wie binnenkort naar de notaris Spanje gaat en dit artikel leest, zal niet voor verrassingen komen te staan. Voor wie ooit al eens bij een Spaanse notaris is geweest, zal dit artikel een feest (?) der herkenning zijn.
1) Geduld
Als een Spanjaard verzucht “Ay, la notaría, sabes a qué hora entras, pero nunca a qué hora sales…” zegt hij dat je wél weet hoe laat je het notariskantoor binnenstapt, maar nooit hoe laat je er weer weggaat. Neem een dosis geduld mee en wees voorbereid op een lange zit. Twee uur of langer is heel normaal.
2) Water
Wordt u in eigen land keurig met een “koffie, thee of liever een glaasje water?” ontvangen, in Spanje kunt u dat vergeten. Een Spanjaard gaat almorzarsen in het café op de hoek en nuttigt nooit koffie op kantoor. Verwacht u dat al dat wachten op z´n minst wordt verzacht met een aangeboden consumptie, komt u bedrogen uit. Neem zelf een flesje water mee tegen de ergste dorst en loop na het eerste half uur wachten gerust de deur uit voor een koffie. Daar zal niemand van opkijken.
3) Humor
Het feit dat al zes weken geleden bekend was dat u vandaag zou tekenen, betekent niet dat de akte al volledig is voorbereid. En ook al heeft uw ijverige advocaat of gestor reeds op voorhand alle gegevens doorgestuurd, bij veel notariskantoren gaat men pas echt aan de slag op het moment dat u er ook werkelijk bent. Stel je voor dat u niet op komt dagen, is al dat werk voor niks geweest…
Tussen de stapels papieren zitten de oficiales ijverig te typen en te toveren om alles op tijd (nou ja) af te krijgen. Soms stuit men op het laatste moment op een onvoorzien probleem waardoor er mogelijk niét getekend kan worden. Wat?!
Neemt u het maar met een korreltje zout, op het laatste nippertje wordt de transactie tóch nog gered. En met wat gevoel voor humor is het eigenlijk best grappig dat het zo gaat. U wilt toch van Spanje geen tweede Nederland maken?
4) Paspoort
Hèhè, eindelijk komen we bij het formele gedeelte. Welke akte u dan ook gaat tekenen -koopakte, verkoopakte, erfenis, testament- u heeft uw originele paspoort of ID-kaart nodig.
Controleert u zelf voor de zekerheid of alle gegevens die worden overgenomen in de akte kloppen, in alle hectiek wil dit wil nog weleens misgaan.
5) NIE
Het Numero de Identificación de Extranjeros is een (fiscaal) identiteitsnummer wat u absoluut nodig heeft om te kunnen tekenen. Gelukkig zijn de Nie´s die momenteel worden uitgegeven weer onbeperkt geldig, dus eenmaal het Nie-nummer aangevraagd, kunt u daarmee op willekeurig moment uit de voeten.
6) Vertaler
U heeft het recht op vertaling van de akte en sommige notarissen zullen u verplichten een tolk of vertaler Spaans-Nederlands mee te brengen.
Met de vertaler van de wederpartij meegerekend, kunnen er zomaar 8 tot 10 personen aan tafel zitten tijdens het verlijden van de Spaanse akte: 2 kopers, 2 verkopers, beide tolk/vertalers, de makelaar, een gemachtigde van de bank en tot slot de notaris.
7) De Bankcheque
De rol van de notaris in Spanje is heel anders dan in uw thuisland. Eén van de opmerkelijkste verschillen is dat de notaris geen enkele functie vervult in het faciliteren van de betalingen. Hij of zij heeft doorgaans geen geblokkeerde rekening. Partijen moeten onderling alle financiën regelen. De meest gangbare -en ook een zeer veilige manier voor zowel koper als verkoper- is de betaling middels een bankcheque. De koper overhandigt deze cheque pas op het moment dat de akte controleerd is door de advocaat of gestor en de verkoper die de cheque ontvangt weet zeker dat de cheque gegarandeerd is door de bank.
Met een Belgische of Nederlandse cheque kunt u overigens niet uit de voeten, u heeft vooraf een Spaanse bankrekening nodig.